302_Het kan verkeren…
We treffen elkaar een keer per jaar, al tien jaar lang. Gemiddeld delen we een half uur gemeenschappelijke tijd. Ze wordt altijd vrolijk van mijn energie-tornado door haar doorgaans toch wat serieuze werkruimte. We verstaan de kunst om gewoon verder te gaan waar we de laatste keer gebleven zijn. Natuurlijk helpen die paar regels in mijn patiëntendossier haar voor het meer technische gedeelte van onze afspraak.
‘Je ziet er goed uit’ zeg ik. Ze geeft ruiterlijk toe dat ze tegenwoordig haar tijd beter kan indelen, niet meer de hele dag spreekuur draait maar ook superviseert, met jonge mensen op de afdeling kennis deelt. Die variatie doet haar zichtbaar goed. Ik mag haar dan voor zijn, het is slechts uitstel van de onvermijdelijke vraag ‘En, heb je al werk?’. ‘Dat heb ik zéker, alleen moet er nog wel wat bij. Weet je, ik kan iedereen verkopen behalve mezelf’ grijns ik. Ze begrijpt daar helemaal niets van. ‘Bij mij verkoop jij je anders elke keer moeiteloos’ kaatst ze terug. ‘Ja, maar bij jou zit ik ook aan het bureau. Jij zíet hoe ik uit mijn ogen kijk, zover komt het meestal niet als ik schrijf’.
Ik probeer naast mijn opdrachten al een poosje om een paar dagen per week in loondienst aan de slag te komen. De markt schreeuwt om personeel, de adverteerders bieden tegen elkaar op en de lonen zijn voor het eerst in jaren weer in overeenstemming met de functie-eisen. Toch is de realiteit weerbarstiger. Een greep uit mijn ervaringen in de maand juli.
Bij twee natuurorganisaties solliciteer ik als communicatieprofessional. Eén ervan werkt met een werving- en selectiebureau in Utrecht. Mijn hart maakt een sprongetje als ik na mijn inschrijving wordt uitgenodigd voor een gesprek. Dat gesprek verloopt uiterst plezierig en zelfs de – niet tevoren aangekondigde – elevator-pitch* doorsta ik glansrijk. Hoewel zeker niet op persoonlijke gronden, word ik toch niet voorgedragen als mogelijke kandidaat. Reden: veel concurrentie met op een belangrijk functieonderdeel meer ervaring. De natuurlijke evenknie van dit bedrijf stuurt me een week later de standaard afwijzingsbrief.
Onderweg naar een opdracht zie ik verschillende mooie busjes rijden voor personenvervoer. Dát zou eigenlijk óók een hele leuke afwisseling zijn met mijn eigen werk! Diezelfde middag duik ik in de wereld van het vakantie- en wmo-vervoer op maat en vind een advertentie met de tekst ‘Mét of zonder chauffeurskaart, u kunt bij ons solliciteren!’. Ik ben gek op autorijden (hoe groter hoe mooier), hou van mensen en krijg visioenen van het programma ‘Taxi’ op mijn netvlies. Let op, de Parels zouden zich zomaar aaneen kunnen rijgen….
Dat valt tegen. Want een dag nadat mijn enthousiaste brief is gelezen gaat mijn telefoon: of ik een uitkering heb of vanuit het UWV gestuurd ben. ‘Nee mevrouw, ik ben zzp-er en wil graag aanvullend werk verrichten waar ik minstens zo blij van wordt als van het schrijven’ zeg ik naar waarheid. Toch levert mijn enthousiasme en goede brief een koude douche op. De boodschap is dat ik zelf moet zorgdragen voor het behalen van mijn chauffeurskaart. De lessen, het examen, de medische keuring, verklaring van goed gedrag….alles bij elkaar toch een kleine duizend euro, ‘mag’ ik eventueel in twee termijnen voldoen. Daarna kan ik ingeschreven worden bij een uitzendbureau voor deze specifieke branche. Zonder baangarantie. Pardon?!?! ‘Mevrouw, ik zoek dit werk omdat ik als zzp-er extra inkomsten wil genereren, ik ben bereid op alle dagen van de week in het rooster te stappen, maar dit is werkelijk de eerste keer in mijn leven dat ik als sollicitant geld mee moet nemen zónder het vooruitzicht van een aanstelling!’
Mevrouw begrijpt het, maar het beleid is nou eenmaal zo. De twee taxibedrijven die ik daarna nog aanschrijf zijn met hetzelfde beleid begiftigd. Vergiftigd moet ik eigenlijk zeggen.
Dan loopt er nog een sollicitatie bij een groot internationaal transportbedrijf in Zeewolde waar ik drie weken eerder een bevestiging van ontvangst kreeg. Daarna bleef het stil. Ik kan de auto niet pakken of ik passeer ergens in de polder wel een vrachtwagen van het bedrijf. Ik bel na. ‘Mevrouw, ik heb drie weken geleden een bevestiging ontvangen, ik ben benieuwd hoe het met de procedure staat’. Het antwoord kan ik – ondanks mijn rijke fantasie – niet bedenken. ‘Sorry, maar we hébben geen procedure. Als de directeur tijd heeft, vraagt hij bij mij op hoeveel kandidaten zich voor een functie hebben aangemeld en dan belt hij er een paar op en die nodigt hij uit voor een gesprek’.
Ik hap naar adem. ‘Dus met 15 vacatures op de website van een groot, internationaal opererend familiebedrijf is het zo dat de directeur zijn eigen uitzendbureau op de reservebank heeft zitten?’. Mijn ongeloof ontgaat haar niet. ‘Ja, helaas, maar zo is het’.
Dan zie ik een vacature in mijn eigen stad, parttime, in mijn eigen vakgebied. Er is geen functie-eis bij waar ik niet aan voldoe en ik ben ook niet over-gekwalificeerd. Toch valt twee dagen na de sluitingsdatum een afwijzing in mijn mailbox. ‘Overweldigend aantal reacties, keuze niet op u gevallen, succes met andere sollicitaties’. Ik kan er een kamer mee behangen.
Intussen lig ik op de behandeltafel en betasten haar koele handen (waarom hebben artsen áltijd koude handen!) alle klieren op mijn lijf. ‘Dik voor elkaar, kleed je maar weer aan’.
Nu is het mijn beurt om vrolijk te zijn. Mijn eerste decennium kankervrij is een uitroepteken waard! Bij de infobalie moet ik nog een foto laten maken voor mijn digitale persoonsdossier. De vrouw vraagt wat ik van mijn beroep ben en verzucht daarna ‘Zou je even bij de receptie naar de vacatures willen kijken, ze kunnen hier nog wat leren van communicatie!’. Mijn dag kan niet meer stuk, dus bij de receptie vraag ik naar de vacatures die open staan. De blonde bruinverbrande dame aarzelt geen moment. ‘Wij zoeken ook nog een collega, lijkt u dat wat? Voor 24 uur per week, ook nachtdiensten achter de receptie. Alle oproepkrachten zijn al ingeroosterd, we komen gewoon tekort en het is raar, maar ik voel met u gelijk een klik. Eh, mag ik vragen naar uw leeftijd? Want vanaf 57 jaar mag u alleen nog nachtdiensten draaien als u daar uitdrukkelijk voor tekent’.
Ze belt haar leidinggevende en schrijft op een briefje haar naam en telefoonnummer. Het is laat in de vrijdagmiddag. Dinsdag is zij er weer. Of ik dan wil bellen. Het kan verkeren ;-).
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!