304_Water en zeiltjes
De beslissing is gevallen…we gaan de polder uit.
Nog maar drie weken geleden lag ik – niet voor het eerst – een lange nacht wakker. Met steeds maar dezelfde gedachte. Dat ik mensen ken die van hun werk ziek geworden zijn. Gevolgd door de constatering dat ik zo langzamerhand ziek begin te worden van het niet hebben van (voldoende) werk. Dat de tijd doortikt en ik tegenwoordig ‘geparkeerd’ wordt in de arbeidsmarkt zonder zelfs maar ‘gezien’ te zijn.
Natuurlijk, ik heb leuke contacten gelegd in deze polder, verreweg de meeste mensen dragen me hier een warm hart toe, hebben het beste met mij voor. Maar concreter is het niet geworden. En er is niemand die in mijn schoenen staat, weet hoe moe je kunt worden als je harder moet werken dan ooit in loondienst. Dat je moet incalculeren veel uren te maken, die nergens declarabel zijn. Je kennis op peil moet houden, altijd ‘aan’ moet staan om geen boot te missen. Dat je – om met mijn goede vriend Hans te spreken – ‘klootzakjes’ tegen komt die gewoon niet wíllen deugen. Ik had de pech zo’n klootzakje te treffen. Eentje die mij met voorbedachten rade volwaardig werk liet doen voor minder dan het minimum loon, me 1200 kilometer per maand op eigen kosten liet afleggen, zijn huisdieren beter behandelde dan zijn personeel en rotzooit met wetten en verplichtingen zonder dat íemand er ook maar nota van neemt. Begin juli was het genoeg en nam ik afscheid van zo’n klootzakje. Hoewel dat verkleinwoord feitelijk nog teveel eer is.
Sollicitaties liepen op niets uit. Vage plannen bleven vage plannen van mogelijke opdrachtgevers. De ochtend na de slapeloze nacht had ik een afspraak in het ziekenhuis. In Parel 302 https://eerzs.nl/302_het-kan-verkeren/ was me verzocht om rechtstreeks contact op te nemen met de leidinggevende van het facilitair bedrijf.
Ik nam mijn cv mee, parkeerde royaal op tijd bij het ziekenhuis en belde het meegegeven nummer. Na mijn introductie zei ik een afspraak te hebben in het ziekenhuis en graag vooraf mijn cv af te willen geven. Of ik na mijn afspraak misschien een kop koffie kon komen drinken? ‘Dat klinkt gezellig, maar ik heb daar vandaag geen tijd voor’ zei ze. Ze hield me vervolgens nog een kwartier aan de lijn met allerlei vragen waar ze blijkbaar wel tijd voor had. Het ergerde me om zo overduidelijk met een kul-argument het bos in gestuurd te worden. ‘Maar ik beloof je dat ik het uitgebreid zal bekijken met HR en dan hoor je van me’. De dag erna belde ze met de mededeling dat ik een prachtig cv heb, maar zwaar overgekwalificeerd ben voor een parttime baan bij de receptie van het ziekenhuis. En dat ik op grond van mijn leeftijd geen nachtdiensten mag draaien, al is het maar enkele nachten per maand. Het is de spreekwoordelijke druppel.
Eenmaal thuis zeg ik Lief dat het voor mijn online marketing activiteiten echt niet uitmaakt waar ik woon. Maar voor mijn geluk en verwachtingen wel. Het is tijd om te gaan.
Twee huizen van mijn wensenlijstje zijn al vergeven. Voor het derde huis zijn een dag na mijn telefoontje rondleidingen gepland. Wij kunnen aansluiten om 12 uur. Prima! hoor ik mezelf zeggen. Een dag later zitten we na de rondleiding in Yerseke aan een visje als we de beslissing nemen om ervoor te gaan en een bod uitbrengen op het huis waar we rondgeleid zijn.
In de afgelopen drie weken is ons thuis een hotel geworden, klaar om gasten te ontvangen. We hebben het opgepoetst en met ‘verse blik’ gekeken naar wat 12,5 jaar geleden ook voor óns vers was.
We gaan vertrekken. Ergens in oktober. Naar het best passende jasje sinds jaren, een provincie met de meeste zonuren, water en zeiltjes. O zeker, ik zal er gaan werken: ‘niet omdat het móet, maar omdat het kan!’.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!