313_De Wasstraat
Na de keuken-metamorfose is nu het toilet op de begane grond aan de beurt.
Voor onze aankoop deed de met pallethout betimmerde kast-met-toilet bij de bezichtiging erg knus aan. En het moderne tweede toilet op de slaapverdieping maakte veel goed.
Maar zoals dat gaat met een huis dat je langzaam maar zeker verovert…je gaat het schoonhouden, erin werken, je schuift met je spullen, geeft er je eigen signatuur aan. En als het je echt niet bevalt, dan heb je als nieuweling nog de moed om dingen te verbouwen of veranderen. Dat lot staat ons knusse toilet te wachten. Lief zal het sloopwerk zelf uitvoeren, de rest is uitbesteed. De houten planken zijn met een tussenruimte van een centimeter verlijmd en gespijkerd op een ruwe ondergrond. Het vuil wat ertussen komt is nauwelijks te verwijderen en als ik een dweil pak heb ik de splinters in mijn vingers. Bovendien is het toilet naar onze smaak te laag geplaatst en dat zal in de loop der jaren alleen maar vervelender worden.
De nieuwe spullen zijn binnen en komen begin volgende week. Tijd voor slopen en afvoeren. Op vrijdagmiddag rijden we met een volkomen afgevulde Taxi met grof vuil naar de stort. Het is Valentijnsdag en de plaatselijke wasstraat geeft een leuke korting. Dat treft, want na zo’n ritje is het geen overbodige luxe.
Ik ben er in november voor het eerst geweest en heb me toen verdiept in de gang van zaken. Ze werken met twee voorsorteer-vakken voor de wasstraat en ik heb op een ‘was-pas’ een bedrag laten zetten dat ik met iedere wasbeurt kan laten afstrepen. Het valt me op dat het inzepen en voor-soppen grondig gebeurt. Net zoals me de eerdere keren opvalt dat de mannen die het werk verzetten goed in de gaten hebben wie er in de voorsorteer-vakken het eerst arriveert. Zodra er een wasstraat beschikbaar is, wordt de eersteling – desnoods kruislings – de unit ingeloodst.
So far, so good. Maar vandaag gaat het allemaal anders. Er staat een busje voor me, precies op het midden van de voorsorteer-vakken. Ik parkeer erachter, netjes tussen de lijnen van het vak. Omdat het inzepen zo grondig gebeurt, keuvelen we wat en letten niet teveel op. We vinden een verloren gewaande zak Engels drop en vermaken ons. De bus is net aan de beurt als naast mij een auto in het tweede vak parkeert. Enkele minuten later hebben we allebei een volgauto in de rij.
Het voor-poetsen van de bus neemt wat langer de tijd en ik zie met lede ogen dat het rechter vak gestaag de wasbox in schuift. De twee auto’s die na mij aankwamen zijn intussen in het sop gezet. Dan mag ik optrekken tot de lijn. Ik zit achter het stuur met mijn mobiele telefoon in de aanslag, waarop de QR code (korting) staat vanwege Valentijnsdag. In mijn andere hand heb ik de was-pas. Ineens valt me op dat daar met viltstift een datum op staat: geldig tot 2-3-2020. Dat is al over tweeënhalve week! De kaart of QR code kan niet – zoals eerdere keren wél – vanuit de auto worden gescand. Ik moet uitstappen en naar de kassa tussen de twee wasstraten in lopen. Ik zeg dat ik de Valentijnaanbieding graag van mijn kaart wil laten afschrijven en wijs terloops op die handgeschreven verloopdatum. ‘Dat kan niet mevrouw. U kunt de aanbieding pinnen of uw was-pas gebruiken voor het reguliere tarief. En wat die datum betreft: onze kaarten zijn een jaar geldig mevrouw. Dat betekent dat u uw vorige kaart een jaar geleden heeft ingewisseld’.
Ik schiet in de lach. ‘Nou ik voel me hier al erg thuis, maar ben toch echt nog geen vier maanden geleden naar Zeeland verhuisd, dus dat lijkt me sterk’.
‘Dan heeft u die kaart gevonden’, concludeert hij. Heel even lijkt het of de man slechts hardop nadenkt. ‘Hoezo gevonden? Ik ben op 23 oktober een paar straten verderop komen wonen en ben in november voor het eerst hier geweest meneer’. De man roept zijn collega, geeft mijn kaart aan hem en ik hoor hem zeggen ‘Het is weer zover’.
Wat gaat u met mijn kaart doen?, informeer ik. ‘Die nemen we in, want u woonde hier nog niet dus die kaart met een eindedatum kan niet van u zijn’. Huh?!
Nog voordat ik op stoom kan komen vuurt hij de volgende vragen op mij af. ‘Is die auto van u? Sinds wanneer als ik vragen mag? En waar heeft u die gekocht?’. Dat had hij nou nét niet moeten zeggen.
‘Meneer, ik kocht deze auto 5 jaar geleden in Lelystad. Met haar originele Volvo-velgen die met epoxy, poedercoating en een laklaag met verchroomde bouten zijn gemonteerd is zij mijn Valentijn. Het begint nu vervelend te worden. Ik kom uit Lelystad en woon hier zoals gezegd sinds 23 oktober. Voor de vierde keer bezoek ik deze wasstraat. Niet eerder heb ik meegemaakt dat auto’s die ná mij kwamen, voorrang kregen. Daardoor sta ik intussen 40 minuten voor de poort hier. Alle tijd om naar mijn was-pas te kijken. Dan komt u niet naar mijn auto om de was-pas te scannen, u beweert dat de was-pas niet van mij is, ik kan de Valentijn-actie alleen per pin voldoen en die pinpas ligt thuis, want ik kom rechtstreeks van de stort omdat we aan het verbouwen zijn. En of dat allemaal al niet erg genoeg is, twijfelt u dan ook nog of ik de rechtmatige eigenaar ben van mijn eigen Valentijn’.
Ik zie dat de man mij gelooft. ‘Het spijt me. Ik kan er niet teveel over zeggen, maar ik heb een medewerker betrapt op fraude met was-passen en die is op staande voet ontslagen. We denken steeds dat we alle schade in beeld hebben, maar elke dag komt er weer iets tevoorschijn. Ik zal de datum doorstrepen. En als iemand de volgende keer hier een opmerking over maakt, dan zegt u maar dat de bedrijfsleider ervan weet’.
Als ik instap zeg ik tegen Lief ‘Doe mij die hele zak Engels drop maar. En volgende keer wil ik gewoon een nagelnieuwe was-pas zonder datum’.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!