384_Welzijnscoach
Welzijnscoach. Nog voor ik verder lees voel ik iets wat het midden houdt tussen jeuk en medelijden. Het is geen nieuw woord. Maar het is een nieuwe naam voor het chronische tekort in onze maatschappij: het tekort aan tijd en aandacht.
Bij zo’n woord schiet er steevast zo’n onbenullige vraag door mijn hoofd. Ik stel me dan voor dat er aan een kind gevraagd wordt wat zijn ouders voor werk doen. En wat de reactie dan zal zijn na het antwoord ‘Die zijn welzijnscoach’…. Maar goed, ik dwaal af. Recent wees mijn Grote Broer me nog eens fijntjes op de verschillen tussen ons. Hij had een toespraak voor een crematie voorbereid. “Eén A-4 Sis, lettergrootte 14, langer wordt het nooit.” Sinds kort heeft hij geen bril meer nodig. Ik suggereerde dat er met puntgrootte 12 nog makkelijk een alinea meer op dat blaadje zou passen. ”Sis, dat begrijp ik, maar kijk…jij hebt een boom nodig om de sfeer van een bos te schetsen, maar dat doe ik niet….”. We kunnen er gelukkig hartelijk om lachen.
Terug naar de welzijnscoach. De pilot met de betekenisvolle naam ‘welzijn op recept’ die in een van de nabije gemeenten tenminste voor een jaar gaat draaien richt zich op de groep mensen die met ‘klachten met een onderliggende aanleiding’ een zware wissel trekken op het spreekuur van de huisarts. Het verlies van een partner, werk of eenzaamheid als gevolg van beperkingen van medische aard kan mensen letterlijk ziek maken. Als je zelf in die schoenen staat kun je pas werkelijk ervaren wat het betekent en voelen hoe je erop reageert. Ik zal dus de laatste zijn met een oordeel.
Wat ‘jeukt’ is dat ‘tijd en aandacht’ nu als functie wordt gecreëerd. Eerst wordt alle immateriële hulpverlening uit banen gesloopt. Dan moet een leger – veelal gepensioneerde – vrijwilligers – ‘want die hebben wél tijd’ – de leemte vullen. En nu zelfs gepensioneerden weer teruggevraagd worden in de reguliere zorgtaken is er een tekort aan vrijwilligers en halen we de welzijnscoach van stal.
Deze week heb ik twee interviews afgenomen voor de plaatselijke krant. De gesprekken namen inclusief fotoshoot beiden een uur van mijn tijd. En van mijn aandacht. Want als er iets is dat een correspondent moet kunnen, dan is het met aandacht bij een gesprek zijn. Omdat er juist in die aandacht mooie voorbeelden passeren, een woord je raakt, een artikel meerwaarde krijgt omdat iemand kleur bekent.
Zo kreeg ik dankzij die oprechte aandacht van een toch wat introverte 35-jarige constructeur te horen waarom die éne docent voor hem bepalend was voor zijn specialisatie binnen de bouwkunde. Een bevlogen man die goed keek naar zijn leerlingen, maar ook vanuit de praktijk veel kon delen wat in de boeken niet te vinden was en een aanstekelijk enthousiasme voor het vakgebied op hem overbracht. Het recept? Tijd en aandacht.
Voor het tweede interview sprak ik vader en zoon in een familiebedrijf dat al drie decennia bedden en bed-textiel verkoopt. Inspiratie voor het vak en de handelsgeest werd de huidige medefirmant als 5-jarig jochie al met de paplepel ingegoten. En hoe jong hij ook aan het roer kwam, last van zijn leeftijd heeft hij nooit gehad, want alle zakenrelaties hebben gezien dat hij er letterlijk ingegroeid was. Vader en zoon verstaan de kunst van tijd nemen en echte aandacht geven. Daarmee onderscheiden ze zich en dat loont. Vader is naar eigen zeggen een ‘verzeeuwde Amsterdammer’ van de generatie die handel kan drijven op de achterkant van een bierviltje. Die levenservaring is goed voor het relativeringsvermogen. “Maar ach mevrouw, wat leven we toch in een rare wereld. Mijn zoon regelt alles wat met computers, cijfers en accountants te maken heeft. Computers zouden een deel van ons werk moeten verlichten, maar het neemt alleen maar toe. De mailbox puilt uit en als mensen je een bericht sturen bellen ze binnen een uur of je het al gelezen hebt. Wij zijn heel bewust een familiebedrijf en onze werknemers zijn een deel van onze familie geworden. We besteden tijd en aandacht aan onze klanten. Stel u nou eens voor…. Mensen gaan met pijnklachten naar de dokter en krijgen een verwijzing naar de fysiotherapeut. Twaalf behandelingen later zitten ze aan de maximale vergoeding en hebben nog steeds pijn. Als ze geluk hebben treffen ze een therapeut die ze op het idee brengt om eens naar hun matras te kijken. Voor die mensen gaat hier een wereld open.”
Tijd en oprechte aandacht. Gewoon een praatje maken, een vraag stellen en luisteren naar het antwoord. Een boodschap doen. De telefoon pakken om even bij te praten. Iets lekkers bakken en de buren mee laten genieten. Met een beetje goede wil kunnen we omzien naar elkaar als positief element integreren in het leven van alledag. En daar hoeft geen coach aan te pas te komen.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!