331_Relatieve begrippen
Goed en Kwaad, Positief en Negatief, Zoet en Zuur, het zijn zomaar voorbeelden van relatieve begrippen. Door ze in de context van de tijd te plaatsen durf ik te zeggen dat kwesties die ik eerder als negatief heb bestempeld vooral heel positieve wendingen hebben gekregen.
Zo publiceerde ik op 14 juni https://eerzs.nl/327_boeven/, het blog waarin ik verhaalde over de onnavolgbare wijze waarop mijn allrisk verzekering meende de schade aan mijn 21-jarige Volvo S70 slechts voor een derde te vergoeden. Mijn blog eindigde met ‘Boeven zijn het! Maar het is half juni en het is nog geen gelopen race.’
Als geen ander weet ik dat gelijk hébben geen garantie is om ook in het gelijk gesteld te worden. Daarom roep ik, tweeënhalve vruchteloze maand na mijn schadeclaim, de hulp in van Hans, mijn juridisch geschoolde compagnon. Ik stel hem alle correspondentie en mijn bevindingen ter beschikking en hij kan niet anders dan vaststellen dat ze volgens hun eigen voorwaarden volledig zouden moeten vergoeden. Voorafgaand aan zijn tekstvoorstel appt hij nog ‘Als je je afvraagt ‘Vindt-ie dit leuk?’ is het antwoord volmondig ja! Nóg leuker dan gewone teksten. Boeven!
Hans schept er genoegen in om (in zijn woorden) ‘blufpokerende klantonvriendelijke jongens’ te vlug af te zijn met doortimmerde juridische onderbouwing. En het werkt. Aan die ‘nog niet gelopen race’ kwam deze week een eind met de gedroomde en meer dan terechte finish…de volledige claim wordt vergoed.
Ik schiet in de lach. Wat zijn we toch een wonderlijke combinatie samen, mijn compagnon en ik. In mei 2015 leerden we elkaar kennen in het 50plus verplichte werkloosheidsklasje van het UWV. We zouden tien (!) weken bij de hand genomen worden en ondanks ons onvrijwillige ontslag en onze leeftijd met een premie op ons hoofd binnengedragen worden bij potentiele werkgevers. We konden omscholen, leren onze competenties helder in ons cv te presenteren. De werkelijkheid was weerbarstiger. De groep bestond uit stevige, vakvolwassen mensen die de vloer aanveegden met incapabele bureaudenkers. Het beste wat we aan deze tijd hebben overgehouden is de ontdekking van elkaar. Twee totaal verschillende mensen met andere accenten, maar eerst en vooral met een gelijkwaardige en onvoorwaardelijke liefde voor tekst en taal.
In de afgelopen vijf jaar hebben we – naast onze eigen projecten – samen verschillende websites opgeleverd en van content voorzien. Hans houdt van puzzelwerk, uitdaging, deadlines en heeft – behalve ijzersterke openingszinnen voor een sollicitatiebrief – een afwijking als het gaat om ‘onmogelijke teksten’. Algemene voorwaarden bijvoorbeeld, daar gaat hij eens echt voor zitten. Of, zoals in mijn schadecasus, een claim juridisch onderbouwen. Onze tien weken verplichte kost hebben dus een duurzame samenwerking opgeleverd.
Deze week maakte nog een ander voorbeeld me duidelijk dat ook uit iets negatiefs toch iets vruchtbaars kan voortkomen. Er viel een envelop op de mat met een handschrift dat ik niet (meer) herkende. Al bij de eerste regel viel het muntje, omdat de schrijver verwees naar zijn verjaardag, twee dagen daarvoor. Ik heb het – soms hinderlijke – talent dat ik nummers, jaartallen en data van anderen jaren kan onthouden. Mijn relatief kortstondige relatie van 3 jaar met deze nooit gescheiden man, zijn vertrek en zijn laakbare gedrag hebben hem in mijn kringen tot de dag van vandaag de bijnaam ‘Foute P’ opgeleverd. Ik ken namelijk meer ‘P’s’ en wil graag dat onderscheid onderstrepen. Dit jaar bereikte hij een leeftijd dat hij meer verleden dan toekomst heeft en wilde met terugwerkende kracht tot twintig jaar geleden (!) zichzelf verklaren en zich verontschuldigen voor zijn gedrag. Net als destijds ging de brief uitsluitend over hém. Niets geleerd. Terugblik op een leven vol bindingsangst en verkeerde beslissingen.
Ergens onderaan vind ik nog een regel die me laat glimlachen. ‘Foute P’ hoopt dat er ‘ondanks alles toch wat moois uit is voortgekomen’. Hij laat geen adres achter, maar dat hoeft ook niet. Mijn publicaties worden door veel mensen gevonden en gelezen, zo heeft hij me nu ook kunnen traceren.
De laatste alinea is dus voor jou Foute P: je hoeft niet bezorgd te zijn. De man die twintig jaar geleden na onze dansles bij mij was toen jij ‘verhaal kwam halen’ omdat ik alle contacten wilde verbreken, is – nadat hij jou hangend aan mijn slaapkamerraam naar beneden dirigeerde – nooit meer weggegaan en intussen al 17 jaar mijn liefhebbende echtgenoot.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!