386_Zacht en Sterk
Zacht en sterk, dat staat er op de papieren zakdoekjes van de gele grootgrutter. Twee mooie woorden, vooral in de combinatie. Ze passen bij mijn week.
Een week die wat je noemt gevarieerd is. Zo zit ik begin van de week aan tafel vanwege mijn expertise op het vlak van projectinrichting. In de voorliggende maanden heb ik voor deze opdrachtgever als tekstschrijver verschillende websites van nieuwe content voorzien. Maar oude liefde roest niet.
Het interview voor de krant is er deze keer een met hindernissen. Het duurt een paar dagen voordat ik een afspraak heb en dat zet druk op de deadline. Eenmaal ter plaatse blijkt bovendien dat ik eigenlijk ook nog met iemand anders het gesprek zou moeten hebben. Klein probleem, die ‘iemand’ is niet op dezelfde locatie aanwezig. Niet voor een gat te vangen ga ik het gesprek aan en besluit om die middag de ontbrekende collega dan maar telefonisch te interviewen. Daarna vlecht ik de boel wel in elkaar. De laatste hindernis – het maken van een foto met de beide collega’s – sijpelt de tweede helft van de week als een ‘to be continued story’ mijn mailbox binnen. Maar het lukt.
Dinsdag valt er zomaar een middag uit mijn programma. Een cadeautje. Ik wil naar Wilfred, mijn orthopedische adres voor een paar nieuwe schoenen. En gelijk even laten kijken of mijn zooltjes nog voldoen. De laatste weken heb ik vaker korte laarsjes aan en dat levert een niet te negeren zeurende rug op. Ik neem mijn in de loop der jaren bij elkaar verzamelde laarsjes mee om te laten ‘keuren’. Misschien kan ik met een dunne inlay wat beter uit de voeten. Wilfred – een rasechte Rotterdammer – is er duidelijk over. “Ik zal eerlijk zijn Erica, je moet alleen nog hakken dragen als je weinig hoeft te lopen en het echt een speciale gelegenheid is. Investeren in dunne zooltjes is zonde, dat heft je rugpijn niet op.” Maar we zijn er nog niet. Nog nauwelijks bekomen van de gedachte dat ik definitief tot het legioen van seniore meisjes ben toegetreden, categoriseert hij mijn vier kleuren laarsjes: “Die zwarte zijn de meest slechte, dan de blauwe en die grijze zijn ongeveer gelijk aan de bruine. Nog ‘de beste’ is teveel eer, maar voor een avondje zitten kan het zeker.” “Maar dat zijn Gabor’s”, zeg ik verschrikt. “Volgens mij was dat een heel fijn merk met voor mijn voet een goede pasvorm”. “Inderdaad….wás”, zegt Wilfred. “Voor jouw voeten zijn ze nu niet meer geschikt.” Hij weet al dat ik nieuwe schoenen wil aanschaffen. Eén paar schoenen is voor de gemiddelde vrouw te weinig, maar ik heb nog twee paar wandelschoenen. Een mens moet ergens beginnen met een inhaalslag.
Wilfred pakt een paar stoere schoenen. “Je vraagt je misschien af waarom ik deze pak, maar deze horen gewoon bij je. Niet te mevrouwerig en als je eens een rok aan wilt misstaan ze niet”. Mijn zelfvertrouwen plopt gelijk weer in model. Gelukkig, ik ben nog steeds stoer.
Maar als ik de niet-mevrouwerige schoenen pas blijken ze te klein. We proberen nog een paar vergelijkbare schoenen. En nog een paar. Allemaal hetzelfde euvel, mijn grote teen – doorgaans goed voor een volle maat meer – zit tegen de neus aan. “Tijd om de boel even na te meten, want blijkbaar is je maat veranderd in anderhalf jaar”. Ik houd het grapje met een kwinkslag naar de pandemie maar voor me. We hebben er allebei genoeg hinder van gehad.
Mijn voet blijkt een volle maat ‘uitgezakt’. Maar geen paniek, de niet-mevrouwerige schoenen zijn er gelukkig nog in die maat. Mijn zooltjes passen er prima in en kunnen nog een paar maanden mee. Een uur later stap ik met de niet-mevrouwerige schoenen blij naar buiten, de vier paar afgekeurde laarsjes en mijn wandelschoenen in de grote tas.
Voor de deadline van een rapport trek ik nog een avond door tot middernacht, want de dag erna krijg ik ’s middags de griepprik. Vorig jaar kon ik daarna een dag mijn bed in en die dag kan ik deze keer niet missen. Vorige week nam ik het besluit gewoon mee te bewegen en – wanneer nodig – volledig autonoom een afweging te maken. Daar hoort de acceptatie van die prik ook bij. Op mijn nieuwe schoenen stap ik zelfverzekerd naar de huisartsenpraktijk. Onderweg bedenk ik me dat de wereld er echt minder chagrijnig uitziet als je de kunst verstaat niet elke regel in twijfel te trekken of te bekritiseren. Mijn mond trekt in een krul. Hoor mij nou…. Waar is die pittige tante gebleven die het debat niet schuwde en – vaak op inhoudelijk niet te weerleggen argumenten – mensen verbaal in de hoek kon zetten? Het antwoord kwam van Wilfred, gelardeerd met een sausje van de grootgrutter. Die pittige tante is tegenwoordig een zachte, sterke, niet mevrouwerige stoere vrouw. Best een weergaloze combinatie;-).
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!