412_Haperend internet
De hele week word ik geteisterd door een haperende internetverbinding. En behalve mijn werk lijd ik daar zelf ook een deel van mijn vrije tijd onder. De televisie ‘bevriest’ steeds het beeld, meldt met een blauw schermpje een foutcode en suggereert even naar een andere zender te gaan en de router uit en weer aan te zetten. Over tien dagen wordt eindelijk de snelle glasvezelverbinding in huis gebracht, maar tot die tijd blijft het behoorlijk spannend.
Als ik na een ramvolle week met ook ’s avonds andere bezigheden op vrijdagavond blijmoedig een opgenomen film start, dringt na een kwartier de ernst van de ergernis ook tot mij door. De provider is gelukkig nog drie kwartier bereikbaar. De wachttijd is beperkt, maar lang genoeg om mezelf af te vragen waarom ik nou tot vrijdagávond heb gewacht. ‘Beter ten halve gekeerd, dan ten hele gedwaald’, dreint mijn schuldgevoel.
De helpdeskman heeft een geruststellende stem en nog alle tijd. “Heeft u een laptop of tablet in de buurt?”. Eh….nee, daar heb ik de hele dag achter gezeten en ik zit u nu te bellen tegenover een irritant blauw schermpje dat het zicht op mijn film verpest….lach ik. Maar dat is dus wel nodig begrijp ik?
Ik begrijp het goed en loop braaf de trap op naar mijn werkkamer. “Ik zet even mijn oren op, dan heb ik mijn handen vrij op de laptop” meld ik. Het volgende half uur zal ik nog twee keer de trap op en af moeten, de meterkast induiken met een zaklampje en uiteindelijk de fabrieksinstellingen op de router terugzetten. De rustige stem van de man helpt om dat zonder mopperen te doen en me zelfs niet te ergeren aan het feit dat het internet natuurlijk nú gewoon alles doet wat het moet doen.
“Wilt u nu naar de televisie gaan? Het kan zijn dat daar een foutcode op te zien is” zegt de man. Helaas heeft hij gelijk. Een nieuwe telefonische instructie volgt. “Nou, ik hoef niet meer naar de sportschool dit weekend” probeer ik de moed erin te houden. Zelfs zonder dit gesprek had ik daar geen enkele behoefte aan, maar dat terzijde.
De man denkt dat het kastje bij de tv vervangen moet worden. Ik sputter nog wat dat het pas drie jaar oud is en vraag wat het kost. “Een dag” zegt de man. Maar helaas zitten we nu net voor een weekend dus het wordt maandag afgeleverd. Maar dat bedoelde ik niet met mijn vraag…ik bedoelde te vragen wat ik voor dat nieuwe kastje moet betalen. Voor het eerst klinkt zijn stem als een mix van verontwaardiging en bezorgdheid. “Niets mevrouw! Dat zou wat zijn toch?! Ik meld u een kastje toe te sturen en zou u dan voor de kosten op laten draaien?!! Dat kan toch niet.” Hij vervolgt zijn toelichting: “We gaan eerst dit proberen. Mocht u nu in het weekend geen problemen meer ervaren omdat we de fabrieksinstellingen teruggezet hebben, dan weigert u het pakketje maandag en komt het retour. Mocht de internetverbinding nog steeds ernstig haperen, belt u dan zo vroeg mogelijk, dan plannen we een monteur in om de kabel ook na te laten kijken.” Bedacht op een herhaling van mijn vraag haast hij zich toe te voegen “En ook daar zijn geen kosten voor u aan verbonden.” Gelukkig kan hij mijn lichte gêne niet zien.
Zaterdagmorgen ben ik vroeg op. Ik ga op de koffie bij mijn moeder en wil voordien nog langs de markt en een bloemetje halen. Al bij het ontbijt hapert de digitale radio. Een verse collega (ik verdenk ze ervan daar te selecteren op rustige stemmen) kijkt in het systeem na wat er gisterenavond is afgesproken. “Alleen dat van die monteur aansturen voor de kabel staat er niet bij mevrouw, dus ik moet helaas toch een paar dingen met u nalopen” bereidt hij me voor op een nieuwe ronde met nieuwe kansen. Maar zover komt het niet. Ik hoor nog wat klikjes, hij bromt iets van ‘ns even kijken….en valt dan uit zijn rol. Alsof hij zojuist de hoofdprijs heeft gewonnen ontsnapt hem een Wówwww! Het internet heeft er gisteren bij u 28 keer uit gelegen en vanochtend al 5 keer. Ik weet genoeg en ga op zoek naar een monteur. Heeft u nog een momentje?”
Dat heb ik. “Het is me gelukt, ik heb een monteur gevonden“ komt hij terug op de lijn. “Aanstaande maandag, tussen 17-21 uur komt er een monteur mevrouw. Helaas kan het niet eerder.” Van zoveel hoffelijkheid en dienstverlening smelt ik. “Ik ben al lang blij dat er een monteur gevonden is en kom dit hele rustige weekend ook wel door” grap ik.
Een uur later stap ik in het dorp van mijn moeder voor de tweede keer deze week de drogist binnen om een verkeerd meegenomen mascara te ruilen. Alleen is de zwarte variant niet verkrijgbaar. De zaterdaghulp heeft er zin in en kijkt mee naar de alternatieven. “Is dat merk ook dierproefvrij?” vraag ik. Ze aarzelt maar ik zie dat ze me niet begrijpt en moedig haar aan de vraag te stellen. “Bedoelt u of dieren het ook kunnen gebruiken?”
Ooit was ik óók 15 jaar en zaterdaghulp in een drogisterij. Op die leeftijd kun je nog van alles in de war raken. Geduldig leg ik uit dat make-up vroeger helaas op dieren werd getest. Haar verschrikte gezicht maakt dat ik de eeuwige docent in mij vervloek. “Meis, ik ben eigenlijk heel blij dat jij het antwoord op mijn vraag niet weet. Simpelweg omdat je in een tijd geboren bent dat het al verboden werd. Door jouw reactie begrijp ik dat nu. En ik zal de vraag nooit meer stellen.”
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!